:28:20
Stil. Dat is de meester van het huis.
:28:24
- Wat is dat ?
- Meneer ?
:28:26
Die hond.
:28:28
- Mooi, hé ? Hij stond buiten.
- Wie heeft daar toestemming voor gegeven ?
:28:33
Ik dacht dat een waakhond goed
van pas kwam. En Damien is dol op 'm.
:28:40
Hij heeft u laten schrikken, nietwaar ?
:28:43
- Ja.
- Ziet u wel hoe goed hij is ?
:28:46
Als waakhond. Daar bent u vast
blij mee als u ver weg van huis bent.
:28:58
We hebben geen hond nodig,
:29:01
en mocht het zo zijn,
dan zoek ik hem zelfwel uit.
:29:05
- Damien is erg aan hem gehecht.
- Morgen belt u de dierenbescherming
:29:10
dat ze de hond komen ophalen
en een ander tehuis voor hem zoeken.
:29:14
Is dat begrepen ?
:29:22
Kom maar.
:29:55
Welkom in het Windsor Safaripark.
:29:58
Voor de dierenweide gaat u linksaf.