:54:08
Ik herinner me een vreselijke
droom over verstikking en...
:54:17
- Waar zijn we?
- Hier.
:54:19
- Op weg naar huis.
- Terug naar de vriezers.
:54:25
- Ik moet wat eten voor we teruggaan.
- Ik lust ook wel wat.
:54:30
- Eén maaltijd voor bedtijd. Ik betaal.
- Da's voor het eerst.
:54:55
Het eerste wat ik doe
als we terug zijn, is lekker eten.
:55:00
Ik snap het. Ik heb wel 's slechter
gegeten, maar ook wel 's beter.
:55:06
Het schijnt je anders best te smaken.
:55:08
Ik zet liever m'n tanden in iets anders,
maar ik had 't nu over eten.
:55:14
Jij weet waar 't van gemaakt wordt.
:55:17
Ik praat nu niet over waar het
van gemaakt wordt. Ik zit te eten.
:55:23
Wat is er? Zo slecht is het eten toch niet?
:55:28
- Stik je?
- Wat is er?
:55:33
Wat is er?
:55:37
Wat is er met je, Kane?
:55:41
Pak de lepel.
:55:52
- Tussen z'n tanden.
- Dat probeer ik.