:15:03
Mijn God, wat kunnen ze drinken.
:15:06
Sorry, ik...
:15:08
Ik...
- Geeft niks.
:15:10
U hebt me betrapt.
:15:13
Dit is de kamer van Denys.
Die vindt dat niet erg.
:15:16
Zo is Denys.
:15:17
Bent u Cole ?
:15:20
Berkeley Cole.
:15:22
Ik heb ivoor voor u.
:15:24
Dank u wel.
:15:28
Slikt u wel kinine ?
- O, zeker.
:15:32
Hij heeft mooie boeken.
:15:34
Leent ie ze wel eens uit ?
- Een vriend van ons...
:15:37
... Hopworth, had een boek geleend
en nooit meer teruggebracht.
:15:41
Denys was laaiend.
Ik zei:
:15:43
"Je raakt toch geen vriend kwijt
om een boek."
:15:46
Toen zei hij: "Nee, maar hij wel."
:15:53
Bent u via Londen gekomen ?
- Nee, via Rome.
:15:57
Ik dacht misschien heeft u een krant.
:16:00
Nee, het spijt me.
:16:02
Ach, er staat toch niets in.
:16:06
Ik ging altijd dansen met een vriendin
in Oxford.
:16:09
In juni, bij de rivier.
:16:12
En ze had altijd
een nieuwe zijden jurk aan.
:16:16
U heeft haar parfum op.
:16:28
Erg lekker, maar toch niet dezelfde.
:16:33
We gaan.