:49:02
En ik sta voor u met een hart dat kwaad is.
:49:08
Het is gebroken omdat onze broeder,
onze buurjongen...
:49:12
...onze zoon Henry Lamb...
:49:15
...geveld is in de bloei van zijn jonge leven.
:49:20
En nu ligt hij in het ziekenhuis...
:49:23
...gebroken, net als mijn hart.
:49:25
Maar ik zeg u, mijn hart is ook kwaad.
Ja, kwaad.
:49:30
Omdat de bestuurder van die auto
niets voor hem deed.
:49:35
En de politie ook niet.
En deze man ook niet.
:49:40
Mr Abraham Weiss.
-Dat is mijn naam.
:49:43
Da's verdomme mijn naam.
:49:46
Dit is een klerezooi.
:49:49
Wie ben jij nou weer?
:49:51
Assistent-officier van justitie Kramer.
Ik werk hier.
:49:55
En ik laat me dit niet welgevallen.
:50:04
Kentekenregistratie zegt
dat er nog geen 200 Mercedessen zijn...
:50:09
...waarvan het kenteken begint met RE,
RB of RP.
:50:14
Hoe komen ze aan die informatie?
-Rustig. We weten dit al 'n week.
:50:21
Waarom doen we dan niks?
Waarom sporen we die auto niet op?
:50:25
Ik heb inderdaad voorgesteld om...
:50:27
Ik ben de Tovenaar van Oz niet.
-Die auto opsporen?
:50:32
We hebben geen getuige.
We weten niet waar het gebeurd is.
:50:36
Niet eens óf 't wel gebeurd is.
-Spoor 'm op.
:50:39
We kunnen niks, ook al vinden we die auto.
:50:43
Als we nu de bestuurder vonden,
en als die zou zeggen: 'Ja, klopt.
:50:49
Ik heb dat joch aangereden
en ik ben niet gestopt.
:50:53
Ik ben het. Ik heb het gedaan.'
Dan zouden we wat kunnen.
:50:58
Spoor die klerewagen nou maar op.