1:05:01
- Niet bewegen.
- Dat doe ik niet.
1:05:03
- Hou je mond dicht.
- Het kietelt.
1:05:07
- Daar vasthouden.
- Hier ?
1:05:19
Dat ziet er geweldig uit.
1:05:21
- Zelfs je moeder herkent je niet.
- O, jawel.
1:05:50
Kan ik u helpen ?
1:05:53
- Ik ben op zoek naar 't toilet.
- Om de hoek.
1:06:08
Ben jij dat, Jane ?
1:06:24
Laura, jij bent het.
1:06:31
Je ziet er prachtig uit.
1:06:33
Wat... ?
1:06:36
Het is een vermomming.
1:06:41
- Is alles in orde ?
- Ik ben bij 'm weg.
1:06:46
Het kon er niet meer tegen.
1:06:51
Maar nu gaat alles goed met me.
Alles komt in orde.
1:06:54
Je ziet er zo mooi uit.
1:06:57
- Het is een pruik.
- Is hij op zoek naar je ?