:30:02
Jij hebt 't huis van m'n vader
in brand gestoken.
:30:08
Ik steek zo vaak huizen in brand.
Hoe moet ik dat nog weten ?
:30:18
Misschien onthou je dit.
:30:29
Pistolen, morgen bij zonsopgang.
:30:34
Naar boven met 'm.
:30:51
Kom, dames. We gaan
ons weer verpozen in de salon.
:30:56
Jij ook, Shannon.
:31:05
Wat gonst er in je hoofd,
aapje van me ?
:31:10
De dag is verstoord, vader.
:31:14
Nee toch ?
:31:53
Ik loop weg.