:12:01
Zeg, Benedick,
:12:03
heb jij goed op de dochter
van Signor Leonato gelet?
:12:06
- Ik heb haar wel gezien.
- Is zij niet een ingetogen jongedame?
:12:11
Vraagt u mij naar mijn oprechte mening,
:12:14
of wilt u dat ik naar mijn gewoonte
spreek als gezworen vrouwentiran?
:12:17
Nee. Wilt u zeggen wat u echt meent.
:12:20
Ik denk dat ze
te nederig is voor hoge lof,
:12:23
te donker voor schitterende lof,
en te klein voor grote lof.
:12:26
Als ze anders was dan ze is,
zou ze lelijk zijn
:12:30
en omdat ze niet anders is dan ze is,
mag ik haar niet.
:12:33
U denkt dat ik een grapje maak. Zeg me
in alle ernst, wat u van haar vindt.
:12:37
Wilt u haar kopen,
dat u zo naar haar vraagt?
:12:40
- Kan de hele wereld zo'n juweel kopen?
- Dat, en een kistje om het in te doen.
:12:45
Maar zegt u dit in volle ernst?
:12:52
In mijn ogen is zij de liefste
jonkvrouw die ik ooit heb gezien.
:12:56
Ik kan nog zonder bril zien,
en ik zie er niets van.
:13:01
Neem nu haar nichtje: Als die niet
zo door een furie bezeten was,
:13:04
zou ze haar in schoonheid overtreffen
als de eerste mei de laatste december.
:13:09
Het is toch niet uw bedoeling
echtgenoot te worden, hè?
:13:14
Ik kan niet voor mijzelf instaan,
:13:16
al had ik ook
het tegendeel gezworen,
:13:19
als Hero mijn vrouw wil worden.
:13:21
Is het al zover met u?
:13:24
Zal ik dan nooit nog eens
een vrijgezel van zestig ontmoeten?
:13:27
Heren, welke geheime zaken weerhielden
u ervan naar Leonato's huis te komen?
:13:33
Hij is verliefd.
:13:36
Op wie? Dat staat
in de rol van Uwe Hoogheid.
:13:39
- Met Hero, Leonato's korte dochter.
- Amen, als u haar bemint.
:13:44
- Zij is het ten volle waard.
- U wilt mij uit de tent lokken.
:13:48
- Op mijn woord, ik zeg wat ik denk.
- Op mijn eer, ik zei wat ik dacht.
:13:51
En op mijn woord van eer,
ik zei wat ik dacht.
:13:54
- Dat ik van haar hou, voel ik.
- Dat zij eerzaam is, weet ik.
:13:57
Dat ik niet voel hoe zij moet
worden bemind en hoe eerzaam zij is,