:41:28
Hoe weet jij hoe je onkruid wiedt?
-Ik wist niet eens wat het was.
:41:34
Een 'Keizerin van India' lelie.
Deze bollen zijn ook lelies.
:41:42
We planten ze om de 'Keizerin' heen.
-Haar eigen hofdames.
:41:46
Net 't liedje. Juffrouw Mary,
zo tegendraads, hoe groeit je tuintje?
:41:51
met zilveren bellen en schelpen
en mooie meisjes op een rij
:41:57
Op de boot hierheen zongen ze
dat tegen mij.
:42:03
Ik was niet eens tegendraads.
:42:12
Ik heb mijn neef leren kennen.
:42:16
Heeft u Colin gezien?
-Ken je hem?
:42:20
Iedereen weet van hem af.
Maar niemand heeft hem gezien.
:42:24
Zijn moeder stierf bij de geboorte.
:42:27
Ze viel van de schommel.
:42:30
Hij lijkt niet op jou.
Zijn wangen zijn sneeuwwit.
:42:35
Nog witter dan deze haartjes.
-Dat zijn wortels.
:42:39
Zet ze er maar in.
:42:50
Laat hem zo groeien, juffrouw Mary.