1:35:02
Bezwaar, edelachtbare.
1:35:04
Wat ze die dag deed, heeft niks
te maken met wat ze later zag.
1:35:08
- Maar hoeveel ze dronk wel.
- Afgewezen.
1:35:13
Mrs. Salinas, hoe laat hebt u geluncht ?
1:35:17
- Rond half twee.
- Wat hebt u gegeten ?
1:35:20
Het is een tijd geleden.
Salade, denk ik. Overdag eet ik licht.
1:35:25
Een martini, twee glazen wijn, salade.
Klopt dat ?
1:35:28
Ja, dat klopt.
1:35:30
En toen wijn bij het eten,
zo'n zes uur later, klopt dat ?
1:35:35
Ja, dat klopt.
1:35:36
Hoeveel wijn had u gehad
toen de mannen binnenkwamen ?
1:35:40
- Twee glazen.
- Zou u zeggen
1:35:43
dat vier glazen wijn en een martini
in zes uur veel is voor uw doen ?
1:35:48
Ja, dat is het inderdaad.
1:35:54
Had u voor de bewuste avond wel eens
een wapen afgevuurd horen worden ?
1:36:03
- Hoe zou u het geluid omschrijven ?
- Heel hard, net als vuurwerk.
1:36:09
- Schrok u van het geluid ?
- Heel erg.
1:36:13
Deed u uw ogen dicht ?
1:36:17
Eerst, tot het ophield.
Toen deed ik ze open.
1:36:20
Dacht u dat ze iedereen
in het restaurant zouden doden ?
1:36:24
Ik dacht niet zoveel. Ik wist alleen
dat de man neergeschoten was.
1:36:28
Dacht u dat u gedood zou worden
1:36:30
door de twee koelbloedige moordenaars ?
1:36:33
- Ja.
- Maar ondanks die angst,
1:36:36
ondanks het gevaar voor uw leven,
1:36:39
keek u naar hun gezichten
toen ze weggingen.
1:36:44
- Ja.
- Klopt dat ?
1:36:47
Ja, dat klopt.
1:36:49
Keek u naar hun gezichten ?
Keek u echt heel goed, Mrs. Salinas ?
1:36:56
Ik wierp een blik op ze, maar ik zag ze.
1:36:59
U wierp een blik op ze ? U keek niet echt ?