:32:01
-Je bent op vakantie.
-Ik ga ook trouwen, dus ik wil terug.
:32:06
Tot ziens in New York, Mr Vitti.
:32:09
Hee, Doc. We zullen elkaar
nog heel vaak zien.
:32:14
Waar heb je gezeten? Je was
zomaar weg. Geen briefje, niks.
:32:21
Ik was doodongerust. Ik heb
je overal lopen zoeken, al snoepend.
:32:26
-Ik had bijna de politie gebeld.
-Ik zal het je vertellen.
:32:30
-Een patiënt had me nodig.
-Heb je patiënten in Florida?
:32:35
Eentje. Hij was me achterna gereisd.
:32:39
Wie is die patiënt dan?
:32:42
Paul Vitti.
:32:46
Dé Paul Vitti van de maffia?
:32:56
Hij is geen gewone patiënt.
Hij heeft problemen.
:33:01
Hij denkt dat ik hem behandel.
:33:03
Dus je behandelt hem niet?
Zeg het.
:33:06
-Ik behandel hem niet.
-Zulke lui moet je op afstand houden.
:33:12
-Ik weet waartoe ze in staat zijn.
-Ik heb hem afgewezen als patiënt.
:33:17
-Echt waar?
-Absoluut.
:33:21
Ik was zo ongerust. Ik dacht al
dat je naar een ex-vriendin was.
:33:28
Weet ik veel.
:33:30
Ik hou van jou. Het spijt me.
Maar het komt echt allemaal goed.
:33:46
Fantastisch, hè?
Kom, geniet nou een beetje.
:33:49
Ze spetteren in het water
en eten vis. Is dat zo bijzonder?
:33:54
Hou op. Wij vermaken ons wel, hè?
:33:58
Eigenlijk niet. Ik doe alsof,
omdat wij vriendjes moeten worden.