:51:00
Ik kan geen kinderen meer krijgen.
Waar moet hij staan ?
:51:05
Goed, ik krijg een hartaanval.
Ik zet hem gewoon hier neer.
:51:11
De ambulance-jongens
zetten 'm wel weg.
:51:20
We moeten keukengereedschap kopen.
Een bakker heeft goede spullen nodig.
:51:26
Ik weet niet of ik wel echt wil.
- Anders was je er niet over begonnen.
:51:32
Zou een eierklopper te duur zijn ?
- Natuurlijk niet.
:51:37
Heb je een Cuisinart ?
- Nee.
:51:39
Dan word je geen echte kok.
Echte koks hebben een Cuisinart.
:51:44
Ik heb er een nodig.
:51:47
Je moet nog veel leren.
:52:32
De muren zijn te licht.
- Is dat zo'n code uit WO II ?
:52:37
Ik kan niet slapen.
We moeten de muren schilderen.
:52:41
In welke kleur moeten 'we' ze verven ?
- Donkergrijs.
:52:46
De gordijnen zijn toch al donkergrijs.
- Ik bel een vakman.
:52:51
Ik kom er al aan.
:52:58
Dat wordt weer winkelen. Wat doe je ?
- Ik ben aan het koken.