:30:40
Je ziet eruit als. . .
:30:42
. . .jij.
:30:46
Jij ook.
:30:54
Ik wil hier best blijven staan.
Ik ken het huis al.
:30:58
We wilden altijd al vaker
buiten zitten.
:31:02
Kom binnen.
Mijn huis is letterlijk jouw huis.
:31:12
-M'n hemden.
-Ik heb ze klaargelegd.
:31:15
Goed, dan vergeet ik ze niet.
:31:18
-Ik kan ze in de kast hangen. . .
-Nee. Dat is 'n perfecte plek.
:31:26
-Wat drinken?
-Wil je. . .
:31:30
Wil je wijn?
:31:33
Ik weet nog
waar hij staat, denk ik.
:31:35
Als ik me goed herinner hou je
van rood. Het begint weer te dagen.
:31:43
De wijn ademt
heel wat beter dan ik.
:31:49
Je gelooft nooit
wat ik gister heb gedaan.
:31:53
Ik heb 'n puzzel van je gemaakt.
:31:58
Een vraag. Wat was drie verticaal?
lk kwam er niet op.