1:28:00
Ik zag uw kampvuur branden.
1:28:03
Ik breng u wat te eten.
Aardappelpuree en gehaktbrood.
1:28:07
Dankuwel.
1:28:09
Ik heb al gegeten,
maar blijft u even bij me zitten ?
1:28:13
Graag.
1:28:30
Ik ben toch niet
op verboden terrein ?
1:28:33
Nee, helemaal niet.
1:28:35
U hebt uitstekend gekozen.
1:28:38
U kampeert bij één
van onze oudste begraafplaatsen.
1:28:42
Frans-katholieke trappers.
1:28:44
De Marquette-expeditie ?
- Twee van zijn mannen.
1:28:50
Ik kon niet anders dan opkijken
van uw ongewoon vervoermiddel.
1:28:57
U bent niet de eerste
die het merkt, Eerwaarde.
1:29:03
Ik heb slechte ogen.
Ik mag niet autorijden.
1:29:06
Ik wil niet gebracht worden.
En ik moet naar mijn broer toe.
1:29:12
Lijkt me logisch. Waar is hij ?
1:29:15
Zo dichtbij dat ik hem
haast kan voelen. In Mount Zion.
1:29:20
Hoe heet hij ?
- Lyle Straight.
1:29:25
Is hij die man
die onlangs een beroerte kreeg ?
1:29:30
Inderdaad. Kent u hem ?
1:29:33
Ik werk
in het ziekenhuis van Boscobel.
1:29:35
Ik herinner me hem.
1:29:37
Hij viel me op
omdat hij in mijn parochie woont.
1:29:41
Hij is een baptist.
- Dat heeft hij me verteld.
1:29:45
Hij heeft me nog meer verteld,
maar niet dat hij een broer had.
1:29:53
We hebben allebei
lange tijd geen broer gehad.