:34:02
Weet je wat jullie probleem is?
:34:04
Jullie denken alles al te weten,
maar jullie weten niets.
:34:10
Ik zie dat jullie een zaakje hebben.
Dat is goed.
:34:14
Verdien maar mooi geld.
:34:16
Maar wanneer je geld verdient,
moet je je aan de regels houden.
:34:20
Je moet het verschil weten
tussen wapens en boter.
:34:25
Er zijn twee soorten nikkers,
nikkers met wapens...
:34:29
en nikkers met boter.
:34:31
Wat zijn de wapens?
Dat is het onroerende goed...
:34:36
de aandelen en obligaties. Kunst.
:34:39
Zaken die in waarde toenemen.
:34:42
Wat is de boter?
:34:44
Auto's, kleding, sieraden, alles wat
z'n waarde verliest als je het hebt gekocht.
:34:49
Daar draait het om: wapens en boter.
:34:53
Jullie kleine, stomme eikels.
:35:01
Zie je het nu?
:35:04
Dit doet ie nu elke avond.
:35:07
Wat?
:35:11
Waarom moet je altijd wat doen?
Waarom kan je niet gewoon gaan zitten?
:35:17
Je hebt me't hele weekend alleen gelaten!
:35:18
Je hoeft niet altijd wat te doen.
:35:20
Dat verdeelt ons als volk.
Wij hebben geen doel.
:35:23
Ga zitten en concentreer je.
Kijk wat tv of zo.
:35:28
Jij lult maar wat. Je bent zo egoïïstisch.
:35:32
Wat doet die oude pizza hier?
:35:34
Als je toch ruzie zoekt,
waar was jij gisteren, zak?
:35:40
Jurken verkopen, geld verdienen.
:35:43
De remmen van de auto gemaakt.
Wat heb jij gedaan?
:35:46
- Heb je met 'n ander gerotzooid?
- Nee.
:35:48
Laat me je pik ruiken.
:35:50
Hou op daarmee.
:35:52
Als je niet hebt gerotzooid,
laat me dan ruiken. Ik kan 't ruiken.
:35:57
Toe maar.
:35:58
Ik meen 't. Kom hier! lk sla je verrot.