1:46:20
Nee, laat me los.
1:46:24
Dit wil hij juist.
1:46:26
Hij vermoordt je.
1:46:29
Ik ren achter je aan, en
dan vermoordt ie mij ook.
1:46:33
Dit wil hij. Ik pak hem, dat beloof ik.
Ik pak z'n geweer voor jou.
1:47:01
Ik heb je nodig.
1:47:06
Ga nu. Stalingrad kan vallen.
1:47:09
De laatste boten vertrekken nu.
-We hebben 'n pas.
1:47:13
Daar bent u veilig. Pak uw
spullen, we helpen u dragen.
1:47:17
Ik ga niet weg. Hier woon ik,
hier wonen Sacha en ik.
1:47:23
Ik kan niet weg.
-Ik moet u iets zeggen.
1:47:29
Het is moeilijk te begrijpen.
Het gaat over Sacha.
1:47:48
Hij is overgelopen en heeft z'n land
verraden. Hij komt niet terug.