:41:38
Waarom zo gespannen ?
- Omdat ik gek van je word. Smeer 'm.
:41:42
Excusez moi.
En wat doe jij ?
:41:45
Mijn beste, ik schrijf voor 'n krantje
dat je vast kent. De New York Times.
:42:02
Wie ? Dean ? En wie kan ik
zeggen dat er belt ?
:42:09
Je hoofdredacteur.
:42:12
Nee, ik had nog geen kans gehad
om die te schrijven. Die ook nog niet.
:42:20
Met alle respect, meneer,
morgen zijn ze ook nog dood.
:42:28
Je schrijft 'in memoriams'.
Je zal wel heel trots zijn.
:42:32
Ik heb 't laatste woord.
- Vanavond niet.
:42:34
Wel.
- Ik dacht 't niet.
:42:35
Weinig kans.
Ik win.
:42:41
Ik weet 't niet. Mijn ogen zijn zo moe.
Komen deze nummers overeen ?
:42:46
Niet doen.
:42:48
Is het 't 0293 ?
- 0293. Gefeliciteerd.
:42:53
Ik denk dat je haar hebt gevonden.
Jammer dat de achternaam uitgewist is.
:42:59
Zijn schuld. Toen hij 't beetpakte,
ging zijn duim over de naam.