1:18:00
Nee, meneer.
1:18:02
Denk eens terug naar maart.
1:18:05
Waarschijnlijk heeft zuster Felicity
je nog aspirine gegeven.
1:18:08
Is dat niet waar?
1:18:09
Ja meneer, dat heeft ze gedaan.
En waarom was dat?
1:18:12
Omdat mijn gezicht was opgezwollen
met zwarte en blauwe plekken.
1:18:14
Omdat je tegen de trap was gevallen.
1:18:17
Nee. Dat is wat zuster Brigid heeft gezegd.
1:18:20
Volgens zuster Felicity heb
je niet geprobeert...
1:18:22
het feit te ontkennen dat je tegen de
trap was gevallen en je gezicht hebt verwond.
1:18:30
Je zei niet dat het anders was, of wel?
1:18:32
Nee.
1:18:34
Ik bedoel, ja.
1:18:35
Ik ben helemaal in de war.
1:18:37
Dus, wat er echt is gebeurt...
1:18:40
was precies wat zuster Brigid heeft gezegd
dat er is gebeurt.
1:18:44
En je verzon een verhaal in
de brief naar je vader...
1:18:47
omdat je weg wilde uit Sint Joseph...
1:18:49
en je dacht dat een leugentje wel
kon helpen.
1:18:52
Ik heb niet gelogen. Ik heb het niet verzonnen.
1:18:55
Ik weet dat het een angstige ervaring
voor jou moet zijn, Evelyn...
1:18:58
een klein meisje in een grote rechtzaal als hier.
1:19:02
Je moet proberen niet bang te zijn. Zelfs al
sta je alleen voor al deze mensen hier.
1:19:21
Ik ben niet bang meer, Edelachtbare,
en ik ben niet alleen.
1:19:25
Mijn opa is hier bij me.
1:19:28
Kijk. Hij laat ons weten dat hij er is.
1:19:32
Edelachtbare, de grootvader van het kind
is een paar maanden geleden overleden.
1:19:36
Ze heeft waarschijnlijk een erg...
1:19:38
levendige fantasie.
1:19:42
Nu, kind...
1:19:44
laat me je de laatste keer vragen...
1:19:47
weet je nog dat je in de gang bent gevallen
en je gezicht verwonde aan de trap?
1:19:51
Nee, ik ben niet tegen de trap gevallen.
1:19:53
Ik wou tegen zuster Felicity vertellen
wat er echt was gebeurt...
1:19:57
maar toen dacht ik dat ik dan alleen maar
zuster Brigid in moeilijkheden zou brengen.