:25:02
En dus is het aan mij overgelaten om ...
:25:08
U voor te stellen...
:25:10
aan de Graaf van Monte Cristo.
Alweer.
:25:12
Kijk,ik heb de Graaf gesmeekt om....
:25:16
om mij toestemming te geven
te toosten op Albert's verjaardag.
:25:19
Ik was zo aanhoudend, en zo was ook
de aardigheid van onze gastheer,
:25:23
dat hij gelukkig zijn vaderlijk recht opgaf...
:25:26
om een gast dit te laten doen,
:25:28
zelfs een zo saai als ikzelf.
:25:30
- Ahh.
:25:33
Jongeheer Albert heeft sterk overdreven...
:25:35
over hoe ik hem heb geholpen in Rome.
:25:38
Toen ik in de tunnels arriveerde,
:25:40
zag ik dat de criminelen,
die Albert vast gebonden hadden aan een muur,
:25:43
hem bedreigden zijn vinger af te snijden
en hem op te sturen naar zijn vader...
:25:46
als bewijs van zijn ontvoering.
:25:48
Mijn hemel!
:25:50
De jongen zijn reactie op dit alles was...
"Doe wat je niet laten kunt".
:25:56
Het leven is als een storm, mijn jonge vriend.
:25:59
Het ene moment wordt je gekoesterd door het zonlicht,
:26:02
het andere moment verpletterd door de rotsen.
:26:04
Wat je een man maakt...
:26:06
is wat je doet als die storm opsteekt.
:26:10
Je moet in die storm kijken en schreeuwen
zoals je in Rome deed.,
:26:14
"Doe wat je niet laten kunt"...
:26:16
"want ik zal het mijne doen."
:26:18
Dan zal het noodlot je kennen
zoals wij je kennen,
:26:22
als de man Albert Mondego.