1:32:27
Waarom moet er iemand sterven?
1:32:32
Leonard?
1:32:34
In je boek,
je schrijft dat iemand moet sterven?
1:32:37
Waarom?
1:32:41
Stel ik een domme vraag?
1:32:43
Nee.
1:32:44
Is mijn vraag dom?
1:32:48
Helemaal niet.
1:32:51
Wel?
1:32:55
Iemand moet sterven, zodat
de anderen beter kunnen leven.
1:33:01
Het is een contrast.
1:33:04
En wie gaat sterven?
1:33:07
Zeg 't me.
1:33:11
De dichter sterft.
1:33:14
Het visioen.
1:33:30
Waar ben je mee bezig?
1:33:32
Ik ben mijn tanden aan het poetsen.
1:33:38
Kom je naar bed?
1:33:40
Ja, ik kom zo.
1:33:45
Kom naar bed Laura Brown.
1:33:51
Ik kwam Ray tegen...
1:33:52
hij zei dat Kitty
naar het ziekenhuis moest.
1:33:55
Ik weet 't.
1:33:58
Niks ernstigs zei hij...
1:33:59
gewoon een controle.