:01:03
Hoe zat het ook al weer.
:01:04
Gisteren zou ik ermee stoppen.
De handdoek in de ring gooien.
:01:08
De gordijnen dicht doen.
Vandaag bid je om nog een paar uur meer.
:01:13
Neem een beslissing.
:01:18
Jonesy. Mooi zo, klootzak.
:01:21
De redding is nabij.
:01:27
Wat is dat, verdomme?
:01:30
Wie is meneer Gray?
:01:33
Wat probeer je me te vertellen, Jonesy?
:01:38
Jij bent Jonesy niet.
:02:16
Wat reden we net voorbij, meneer Jones?
:02:19
Heb je het tegen mij?
:02:21
Jazeker, meneer Jones.
Of moet ik Jonesy zeggen?
:02:24
Zo noemen je vrienden je, toch?
:02:26
Laten we vrienden worden.
:02:28
Waarom laat je me leven?
:02:29
Ik leen je even, we gaan een reisje maken.
:02:34
Beaver deed geen vlieg kwaad en
jij hebt hem vermoord.
:02:36
Je vriend had niets bruikbaars in zijn hoofd.
In jouw hoofd heb ik al wat gevonden.
:02:40
Val dood.
:02:42
Die uitdrukking ken ik. Staat in de afdeling
'Scheldwoorden' van je geheugenpakhuis.
:02:47
Niet zo smakelijk, mag ik wel zeggen.
:02:48
En deze dan, meneer Gray?
'Eet stront en sterf.'
:02:54
Waarom noem je me meneer Gray?
:02:57
Pas op voor meneer Gray.