Thirteen
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:04:01
Kijk daar eens.
Man, dat is Evie Zamora.

:04:03
Blijkbaar is ze gegroeid deze zomer.
- Inderdaad.

:04:05
Hoe gaat ie, meid?
:04:09
Laten we gedag gaan zeggen.
- Hé, doe normaal, kerel.

:04:11
Hoe is het, Evie?
Kom hier, we willen met je praten.

:04:14
Hoe gaat ie, meid?
:04:26
Kijk me aan.
:04:28
Ziet er goed uit.
:04:31
Volgende keer doen we oranje.
Geef de gel even aan.

:04:47
Het is al goed.
:04:49
Je mag die van mij wel weer lenen.
:04:52
Dank je.
:04:54
Blauw staat je goed, Rodney.
:04:56
Doe even je ogen dicht.
:04:58
Hebben jullie trek? Ik heb
Italiaans voor vanavond.

:05:04
Hé, hoe gaat ie?
:05:07
Waar heb je de kaas gelaten?
:05:10
Tot ziens.
- Brand je tong niet.

:05:13
Tot ziens, Mel.
- Bedankt. Tot ziens.

:05:16
Jezus. Twee dollar fooi.
:05:19
Ze hebben de lasagne
maar half opgegeten.

:05:21
Mam, je geeft veel te veel.
:05:24
Heeft pa je deze maand geld gestuurd?
- Laat hem met rust, Tracy.

:05:27
Hij is nog maar net met z'n
nieuwe baan begonnen.

:05:29
Het gaat prima.
Ik heb de hele week gewerkt.

:05:32
Je zou er geweldig uitzien...
:05:34
met wat blonde lokken...
:05:38
hier.
:05:40
Ik kan niet boos op je zijn
als je zo doet.

:05:46
Luister eens, mam.
:05:50
'Hij was verlamd,
maar alleen zijn lichaam was gebroken.'

:05:57
De bus wou maar niet komen,
en toen toch weer wel.


vorige.
volgende.