:14:02
Ik deed vijf minuten
over een reis van een uur.
:14:04
Alles in orde?
:14:06
Wil je iets drinken?
- Water.
:14:09
Wil je goed nieuws horen?
:14:11
Hallo, Edith.
:14:14
Als we je fan niet meetellen,
:14:18
Tricaud, in Rouen...
:14:20
Bricaud.
- Ja, die.
:14:24
Tussen de telefoontjes en de brieven door
hebben we al acht boekhandelaars.
:14:30
Ik zei echt acht boekhandelaars,
die je boek echt geweldig vonden.
:14:36
Je bent lief.
- Lief? Wat wil je daarmee zeggen?
:14:40
'Die je boek echt geweldig vonden.'
:14:41
Net als de vorige boeken.
:14:45
Nee, zo zit het niet hoor.
:14:47
Ze zijn steeds enthousiaster.
:14:50
Als ze me bellen, hoor ik het.
:14:53
Geloof me, Pierre.
:14:57
Ik kan het ruiken.
:14:59
Dat is tomatensaus.
:15:01
Geef maar hier.
- Toe maar, vermaak je.
:15:05
Nee, ik bedoel...
:15:09
Ze hebben me net gevraagd.
:15:12
Ja, het is vleiend. Precies.
:15:16
Over Europese literatuur.
:15:19
'Bestaat Europese literatuur?'
Ik heb er nooit over nagedacht.
:15:23
Jij ook niet? Dat is niet abnormaal.
:15:26
Ik ben laat. Bel je me terug, Vincent?
:15:31
Nee, ik ben gewoon aan het klooien.
:15:33
Ik had twee goede regels. Toen besefte ik
dat ik ze al in een ander boek schreef.
:15:38
Oké, Vincent. Ik zie je morgen.
:15:41
Laten we gaan, Karine.
- Ik was aan het wachten.
:15:45
Tot ziens, prinses.
:15:47
Het is voor jou.
- Mij? Wat lief.
:15:50
Heel mooi.
Wat is dat grote monster?
:15:53
Papa.
:15:54
Papa? Wat een gruwel.
:15:56
Papa heeft een klein lichaam en
een groot vierkant hoofd.