Comme une image
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:37:01
Zie je? Het klaart op.
:37:07
Wat doe je?
:37:10
Wat?
- Ik stop. Ik rijd niet meer.

:37:13
Waarom? Ik zal zwijgen. Beloofd.
:37:25
Zeker van?
- Ik rijd nooit meer met jou.

:37:31
Ik sterf alleen of met vrienden.
:37:39
Ongelooflijk hoe het zo plots opklaarde.
:37:48
Dat telefoontje met Edith.
:37:50
Een uur. Niet te geloven.
Ze kan maar niet toegeven dat ze fout is.

:37:55
Ken je er veel die dat wel kunnen?
- Nee, maar ze deed of ze aangedaan was.

:37:59
De rollen omdraaien. Ik val haar lastig...
:38:04
Je lijkt niet geneigd me gelijk te geven.
- Maar neen, dat denk je maar.

:38:11
Ik snap deze kaart niet. Ik zie het al.
:38:14
Ik heb ze vanbuiten geleerd.
Étienne heeft het ervoor opnieuw uitgelegd.

:38:18
We slaan af voor Courcy.
- Het is al goed.

:38:24
Wil Fabien thee?
:38:30
We gaan wandelen.
En hij noemt Sébastien.

:38:34
De 'ien' was toch al juist.
:38:37
Vincent, wil je thee?
:38:53
Jij bent zeker Mathieu?
- Nee, Sébastien.

:38:56
Was het moeilijk te vinden?
- Niet echt.

:38:59
Ik heb de afslag gemist.
- Ben je naar Courcy gegaan?


vorige.
volgende.