:00:12
Ken je z'n verleden?
Zorg dat je je geld krijgt.
:00:16
Kom hier niet terug.
- Echt wel.
:00:19
Ik bel de politie.
- En wat zeg je dan?
:00:25
Voor de rekening
moet je bij m'n vrouw zijn.
:00:47
Wil je iets voor me doen?
Kun je me ergens naartoe brengen?
:01:08
Hoe gaat het met je benen?
- Hetzelfde.
:01:13
Morgen breng ik je je geld.
:01:15
Het wordt 'n grote klapper. Dan kunnen
we die goede piano voor je kopen.
:01:22
Hoe kan ik spelen met zulke handen?
:01:26
Drinken maakt 't alleen maar erger.
:01:33
Heb je werk?
:01:37
Wees voorzichtig.
- Wat kan mij nou gebeuren?
:01:43
Pas nou maar op.
:01:46
Ik moet ervandoor.
:01:59
Is je ouwe heer ziek?
- Diabetes.