1:02:05
Mij doden is moeilijker dan
een steak bestellen.
1:02:09
Dat zullen we wel zien.
1:02:15
Hoe ga je het doen?
1:02:19
Me wurgen?
1:02:21
Doe je een zak over m'n hoofd?
1:02:23
Vooruit, vertel het me.
1:02:25
Mijn ziekelijke nieuwsgierigheid
wil het weten.
1:02:28
Ik snij je keel door en
je bloedt dood.
1:02:32
Blijf je daar staan om al dat bloed
over de vloer te zien vloeien?
1:02:38
Kan je dat aan?
1:02:40
Kan je dat een
medemens aandoen?
1:02:41
Ik zou het bij een andere mens
niet kunnen...
1:02:43
maar bij jou wel.
Ik kan je vermoorden.
1:02:50
Jammer dat ik je
teleur moet stellen,
1:02:52
maar die testuitslag
zal negatief zijn.
1:02:54
Dat weet je niet.
- Hou die gedachte vast.
1:02:58
Het is het enige dat je nog hebt.
- Krijg de klere.
1:03:04
Je kan praten wat je wilt
over van alles.
1:03:10
Je kan die mooie praatjes van jou
blijven uitkramen.
1:03:14
Je begrijpt het alleen
niet allemaal geloof ik.
1:03:18
Het maakt mij allemaal
niets meer uit.
1:03:22
Als de uitslag positief is,
dan vermoord ik je.
1:03:27
Het enige dat nog gemakkelijker is,
is mezelf vermoorden.