:44:42
Laten we iets gaan drinken.
Ik zie je beneden.
:44:46
Matthew.
:44:48
Ja?
:44:54
Ja.
:45:19
Geef toe dat je opgewonden was.
Zeg het maar hoor.
:45:25
Wat?
- Was je niet een beetje opgewonden?
:45:28
Wat wil je dat ik zeg?
- Niets.
:45:31
Ik vroeg je iets.
- Weet je op wie je nu lijkt?
:45:36
Op Isabelle.
- Ze is dan ook m'n tweelingzus.
:45:39
Zijn jullie een tweeling?
- Ja.
:45:41
Als ze een man was, was ze mij.
- Jullie zijn niet identiek.
:45:44
Toch wel. We zijn een Siamese tweeling.
:45:48
Hier verbonden.
:45:53
Je bent een rare, Theo.
:45:55
Een half uur geleden...
:45:56
bekeek je haar alsof je haar wilde wurgen.