1:31:01
-Ik ga hem vermoorden.
-Nee, hij zei--
1:31:03
Dat zei ik, maar dat gaat niet.
1:31:05
Nee, je kan niet iemand
echt vermoorden.
1:31:08
Ik wel. Het is dichtbij.
1:31:09
Ik bedoelde niet dat je hem
niet kan vermoorden...
1:31:12
-...maar dat je hem niet mag vermoorden.
-Kom.
1:31:14
-Je zei dat ik naam mocht maken.
-Op iemand anders.
1:31:17
-Je mag hem niet vermoorden.
-Hoe maak je ''naam''?
1:31:20
Zij wil bekend worden.
1:31:22
Jij zei dat het mocht!
1:31:23
-Wil je naar mij luisteren?
-Zeg me waarom niet?
1:31:26
-Je hebt hem toch gehoord!
-Zeg me waarom niet?
1:31:29
Omdat hij mijn vader is!
1:31:32
-Zelfs ik wist dat niet.
-Zie je?
1:31:35
Het is niet goed om bij het
plan betrokken te zijn, niet wetende dat--
1:31:40
-Hij is je vader?
-Ik heb je als een van mijn eigen opgevoed.
1:31:44
-Dat is ver genoeg.
-Ik heb een man van hem gemaakt!
1:31:49
Een man die zijn vader
niet kan vermoorden.
1:31:55
Opzij, Jill. Het zou er doorheen
kunnen gaan.
1:32:01
Jimmy.
1:32:09
-Jill, schiet Papa in z'n voet.
-Er doorheen of moet ik een souvenir achterlaten?
1:32:13
-Souvenir.
-Wacht.
1:32:18
Dat moet zeer doen.
1:32:20
-Wie is dat? De nep politie?
-We moeten gaan.
1:32:24
Ik ga niet weg voordat ik weet
wat er aan de hand is.
1:32:28
Cynthia, help me Oz weg brengen.
Bedankt voor de erfenis, Pa.
1:32:33
-Goed gedaan, Cyn.
-Je zult geen cent uit kunnen geven, Jimmy!
1:32:48
Wij zijn rijk!
1:32:53
-Wat was je goed, schatje.
-Ik had een goede mentor.
1:32:55
Ik ben blij dat we zo overgelukkig zijn.
Ik ben nog nooit zo verward geweest.