:35:04
Jij keek toe.
:35:08
Mijn vader ook.
:35:10
En mijn broer en heel Troje.
:35:14
De schaamte kon me niet schelen.
:35:17
Ik deed afstand van mijn trots,
:35:19
mijn eer, gewoon om te overleven.
:35:23
Voor de liefde...
:35:26
daagde jij een groot strijder uit.
Daar is moed voor nodig.
:35:32
Ik heb je verraden.
:35:40
Menelaüs was een dapper man.
:35:46
Hij leefde om te vechten.
:35:51
Elke dag dat ik bij hem was, wilde ik
de zee inlopen en verdrinken.
:35:59
Ik wil geen held, liefste.
:36:02
Ik wil een man met wie ik
oud kan worden.
:36:06
Ze lachen me uit in Troje.
Dronken van de overwinning.
:36:12
Ze denken dat ik bij zonsopgang vertrek.
:36:15
Misschien moeten we dat doen.
- Vluchten als een geslagen hond?
:36:19
De mannen dachten dat we hier waren
voor de vrouw van Menelaüs.
:36:24
Haar hebben we niet meer nodig.
:36:25
Het zand is nog nat van het bloed
van mijn broer en jij beledigt hem.
:36:29
Het is geen belediging als je zegt
dat een dode man dood is.
:36:32
Als we nu weggaan, verliezen
we al onze geloofwaardigheid.
:36:35
De Trojanen kunnen ons
gemakkelijk verslaan.
:36:38
Zeker als ook de Hethieten komen.
- Als we blijven...
:36:42
moet dat om goede beweegredenen zijn.
:36:44
Om Griekenland te beschermen,
niet voor jouw trots.
:36:46
Jouw privé-oorlog met Achilles
richt ons ten gronde.
:36:49
Achilles is maar één man.
- Hector is ook maar één man.
:36:54
Zie wat hij ons heeft aangedaan vandaag.
- Hector strijdt voor zijn land.
:36:58
Achilles slechts voor zichzelf.
- Zijn loyaliteit kan me niet schelen,