1:17:02
Wat doe je?
- Ik ga ze uitschakelen.
1:17:05
Hij knalt tegen de auto.
Terug uit.
1:17:15
Ik heb hem.
1:17:20
Pak die vent.
Opschieten.
1:17:29
Wat doe je?
- Vlug doorrijden, ik zie jullie bij ons plekje.
1:17:32
Sam, jij rijdt.
- Nee.
1:17:35
Het is er niet veilig.
- Wees nu geen held maar een lafaard, Jared.
1:17:38
Jij moet rijden, broeder.
1:17:40
Niet nu, Sam.
1:17:42
Bryce, jij rijdt.
Ik zie jullie straks daar.
1:17:44
Ik red het wel.
1:17:46
Ga, rijden.
- Nee.
1:17:57
Je bent een mafkees.
Hoor je dat, een mafkees.
1:18:03
Sam, waar is die plek.
- Hier vlakbij.
1:18:07
Oké, rustig aan.
1:18:11
Waar ga je naar toe?
- Iets wat we al lang hadden moeten doen.
1:18:22
Wat doe je?
- Hoe is het?
1:18:29
Kan ik je even spreken?
1:18:34
Stom.
Gewoon stom.
1:18:38
Ga.
Gewoon wegwezen.
1:18:41
Sorry, Sam.