1:09:18
Ik weet dat je het hebt.
Het is van mij.
1:09:24
En morgen ga je het omwisselen.
1:09:27
Dat is goed.
1:09:41
Als je terugkomt,
1:09:46
bel ik je hierop.
1:09:49
Doe de voordeur open,
en laat me binnen.
1:09:54
Wij nemen het geld,
1:09:57
en jij hoeft je
geen zorgen meer te maken.
1:10:04
Begrepen?
1:10:24
Zorg ervoor
dat de gsm aanstaat.
1:10:34
Jij neemt een kant, wij de andere
en dan wisselen we.
1:10:37
Wissel zoveel je kunt,
en wat je niet kunt wisselen: uitgeven.
1:10:40
Veel plezier.
1:10:44
Je beseft toch wel
dat je dat geld kwijt bent?
1:10:47
Vooruit, we gaan.
1:10:48
Ze gaat ermee vandoor
dat weet je toch?
1:10:51
Hoe dan, ze heeft Damian?
1:10:53
Ze ontvoert hem en vraagt
de rest van het geld als losgeld.
1:10:57
Nee, dat zou jij doen.