:27:01
Ik heb het thuis gekookt
en 't was best te pruimen. Net vis.
:27:30
Negen dollar en twintig cent.
:27:34
Hier, hou maar.
:27:38
Wat nou ? Mevrouw !
:27:43
Wat nou ? O, leuk hoor.
:27:50
Hoi.
:27:54
Ken ik u ergens van ?
:27:57
- Nee, ik denk het niet.
- Jawel.
:28:03
- Heb je 't druk ?
- Ik wacht op iemand.
:28:15
- Dat is ze.
- Halt, jongedame.
:28:17
- u snapt 't niet. Ik moet iemand zien.
- We praten in de wagen.
:28:20
Ze heeft al m'n spullen.
Zij zal voor de taxi betalen.
:28:26
Een man kan niet eens
rustig z'n brood verdienen.
:28:30
Diefstal van diensten. Ik ken de wet.
:28:33
Hoi. Hou je van snoep ?
Ik heb lekkere drop.
:28:38
Nee, dank u.
:28:40
Ik wou 'n praatje met je maken. Ik ben
'n gabber van je vriendje in Atlantic City.
:28:44
- Ik ben getrouwd.
- Nee hoor.
:28:54
Draag je z'n oorbellen ?
:28:57
- Kom, we praten verder in de wagen.
- Laat me met rust.