:36:00
Ik waardeer je eerlijkheid.
:36:04
Die raakt men al snel kwijt
als men oud wordt, of politicus.
:36:07
Zie toch dat snoetje.
Je doet me denken aan Stuart Little.
:36:11
Een van de nobelste literaire
personages. Ken je Stuart Little ?
:36:17
Dat is m'n favoriete boek.
- Dan kan ik je eruit voorlezen.
:36:21
Als ik de baan krijg.
En wie is deze potige jongeman ?
:36:26
Dit is Chris.
- Hallo, Christopher.
:36:30
U bent een grote vrouw, u zou
een footballer kunnen zijn.
:36:34
Ik was achterspeler,
maar dan in een Europese club.
:36:38
Voetbal ?
- Voetbal jij ook ?
:36:41
Wat leuk. Ik was aanvoerster
van het vrouwenteam.
:36:45
We hebben drie universiteits-
kampioenschappen gewonnen.
:36:49
Vroeger hadden we meer discipline, de
studie stond voorop. Bij jou toch ook ?
:36:55
Je hebt je huiswerk vast al af.
- Niet echt.
:36:58
Ach, dat is echt jammer.
Want jongens die niet goed studeren...
:37:03
lopen vaak meer ontspannende
activiteiten mis.
:37:07
En wie is deze jongedame ?
- Dat is Lydia.
:37:16
We hebben geen huishoudster nodig.
:37:18
Nu niet, Lydia.
- Waarom kan pa het niet doen ?
:37:22
Je mag je moeder niet tegenspreken
in het bijzijn van een vreemde.
:37:28
Ik snap niet waarom pa
ons niet op mag vangen.
:37:31
Misschien is hun vader
toch meer geschikt ?
:37:35
Dat lijkt me geen goed idee.
Het is niet mijn schuld.
:37:39
Als hij nu een leuke flat
en werk zou hebben. Weet u, hij...
:37:43
Neem me niet kwalijk.
:37:45
Gewoonlijk stuur je de kinderen toch
weg als je hun vader gaat bespotten ?
:37:51
Als ik dat zou doen,
zie ik ze nooit meer.
:37:55
Het spijt me.
- Het geeft niet.
:37:57
U heeft helemaal gelijk.
- Ik ben niet blind, weet u.