1:23:01
Welke ?
- Voor wat voor gelegenheid ?
1:23:04
Ik ben jarig.
Stu trakteert me op een etentje.
1:23:11
Geen van beide.
1:23:13
Ze zijn allebei te hoerig en in die rode
ben je net een tippelaarster.
1:23:19
En die zwarte is veel te kort. Heb je
wel geharst ? Ze zeggen: pak me maar.
1:23:24
Dat kan toch niet ? Je moet
ongenaakbaar zijn als een berg.
1:23:29
Wie koopt er een koe als de melk gratis
is ? Je moet je kleden naar je leeftijd.
1:23:35
Een jurk die niet zo dellerig is.
1:23:37
Eens even kijken.
Wat dacht je hiervan ?
1:23:41
Smaakvol en elegant. Vind je niet ?
1:23:45
En oud. Die droeg ik bij
een begrafenis in 1976.
1:23:49
Een klassieke rok is nooit ouderwets.
1:23:52
We vragen het de kinderen.
- Dat doen we.
1:23:55
Ik zou de korte, zwarte rok kiezen.
- Ja, die is het lolligst.
1:24:00
Ziet u nou ? Ik ben het ermee eens.
- Dan hang ik de rok terug.
1:24:04
Je luister niet,
daar gaat je deugdzaamheid.
1:24:08
U kunt me zelf beschermen.
Stu nodigt u en de kinderen ook uit.
1:24:12
Wat enig, allemaal bij elkaar. Dat
zou ik voor geen goud willen missen.
1:24:19
Daar ben ik blij om.
- Wanneer vindt het plaats ?
1:24:23
Vrijdagavond, zeven uur.
- Aanstaande vrijdag om zeven uur ?
1:24:27
In m'n lievelingsrestaurant, Bridges.
- Bridges ?
1:24:33
Vrijdag om zeven uur.
- Bridges.
1:24:40
In het restaurant Bridges ?
- Vrijdag om zeven uur.
1:24:43
Ik kan niet. Dan speel ik altijd bingo.
1:24:47
Zeg het af.
- Het is mijn beurt de ballen te trekken.
1:24:52
Ga toch met ons mee. Zonder u
stelt m'n verjaardag niets voor.
1:24:56
Ik en de kinderen zouden het erg op
prijs tellen, u hoort bij ons gezin.