1:27:03
Wat maakt het uit welk gebouw
het is? Ik kan niet komen.
1:27:09
Goed, ik sta beneden,
maar ik kom niet.
1:27:12
Vertel me eens wat je dwarszit.
Ik wil alle details horen.
1:27:19
Ik ben een en al oor.
1:27:23
David wil dat ik meega,
want dan help je hem.
1:27:28
Maar ik ben er niet mee geholpen.
Ik wou niet eens bellen.
1:27:34
Ik wou je alleen maar
gedag zeggen.
1:27:37
Morgen ga je naar Parijs.
1:27:40
Ik ben blij dat je gaat.
Je snapt wel wat ik bedoel.
1:27:47
Hallo, Linus?
Waar ben je gebleven?
1:27:53
Je tijd is om.
1:27:57
Ik stond tegen mezelf te praten.
- Zonde van het geld.
1:28:05
Ben je niet boos?
1:28:07
Ik heb een geldige reden.
- Niet hier.
1:28:26
Wat is de reden dat je niet meer
met me uit wil gaan?
1:28:41
Wat zit je dwars?
1:28:45
Het ligt aan mij.
1:28:51
Niet doen.
1:28:54
Het spijt me.
1:28:59
Ik weet dat het raar klinkt.