:10:04
Je kunt de staart uit
het water zien steken.
:10:09
En je kunt de nieuwshelikopters
boven me horen.
:10:14
Een uur geleden. Er waren
103 passagiers aan boord.
:10:27
Daar is Clayton.
:10:31
Wat doet hij nou?
:10:35
Wat doet die mafketel?
:10:39
En waar is George?
:10:46
-Wacht eens.
-Laat Elton en Tommy komen.
:10:49
Tommy, we hebben jullie nodig.
Er is iets mis.
:11:02
Clayton. Hoe is het?
Wat is er aan de hand?
:11:07
-Waar is George? Je partner.
-ln de kelder.
:11:11
ln de kelder? Wat doet hij daar?
:11:15
Er schenkt daar een vent illegaal
alcohol en we wilden hem pakken.
:11:19
Hij had een geweer en wilde geld.
Dat moest ik gaan halen.
:11:24
-Hij heeft George.
-lemand heeft Beaufort gegijzeld.
:11:29
-Kan hij een oor sturen?
-Wat doen we, agent?
:11:34
-We kunnen de politie bellen.
-Wou je dat doen?
:11:38
Er zijn hier al een boel agenten.
:11:40
Hij houdt hem onder schot.
We moeten iets doen.
:11:44
Nee, wij zijn van lnterne Zaken.
:11:48
Als een agent z'n positie
misbruikt en steelt -
:11:53
-dan komen wij erbij.
:11:55
Dacht je dat we toevallig
langskwamen, Clayton?
:11:59
We volgen je de hele dag al.
De hele week. De hele maand.